Investeringspand, meer belastingen?
Heeft u naast uw gezinswoning nog een investeringspand dat u verhuurt? Ook als u er geen contante inkomsten uit haalt, moet u dit vastgoed aangeven. U bent dan ook belastingen verschuldigd. We overlopen even de belastingen in het binnen- en buitenland.
INVESTERINGSPAND? UW MOGELIJKE BELASTINGEN:
1. BINNENLAND
Als u naast uw eigen gezinswoning nog een ander onroerend goed hebt, dient u hoe dan ook onroerende voorheffing te betalen. Deze onroerende voorheffing wordt, afhankelijk van de ligging, door de Vlaamse, Brusselse of Waalse belastingdienst geïnd.
UW INVESTERINGSPAND WORDT NIET VERHUURD
Verhuurt u uw investeringspand niet, dan zijn er weliswaar geen effectieve huurinkomsten maar wordt u wel belast op de huurwaarde. In deze situatie dient u het kadastraal inkomen aan te geven. Op het KI past de fiscus een indexeringscoëfficiënt toe en een verhoging met 40%.
UW INVESTERINGSPAND WORDT WEL VERHUURD
Wordt uw investeringspand wel verhuurd, dan is de belastingberekening afhankelijk van het gebruik dat de huurder ervan maakt.
– Gebruikt de huurder de woonst alleen voor privédoeleinden, dan wordt de verhuurder gelijkaardig belast als wanneer het investeringspand niet verhuurd wordt. Het KI wordt aangepast door de fiscus en het wordt met 40% verhoogd.
– Gebruikt de huurder de woonst voor beroepsdoeleinden, bijvoorbeeld als kantoor, dan vormen de brutohuurinkomsten de basis voor de belastingberekening. Kosten voor onderhoud of herstellingen mogen daarvan niet afgetrokken worden en de fiscus past zelf een forfaitair kostenpercentage van 40% toe. Deze forfaitaire kosten worden op twee derde van het niet-geïndexeerde KI afgetopt en vermenigvuldigd met factor 4,23. Om te vermijden dat een te lage huur aangerekend wordt, is de minimale belastbare basis vastgelegd op het geïndexeerde KI en verhoogd met 40%.
2. BUITENLAND
Heeft u een investeringspand in het buitenland, dan is de berekening afhankelijk van het al dan niet verhuren van het pand. In dit geval maakt het niet uit of de huurder de woning voor privé- of beroepsdoeleinden gebruikt.
UW INVESTERINGSPAND WORDT NIET VERHUURD
Als u uw woning niet verhuurd, dan wordt de brutohuurwaarde aangegeven. Deze waarde drukt uit hoeveel huurinkomsten het pand u in een jaar kunnen opleveren als u het wel zou verhuren. In dit geval bestaan er geen vaste regels over hoe die brutohuurwaarde berekend moet worden. De eigenaar bepaalt deze zelf in samenspraak met de lokale controleur.
Als referentie wordt er vaak 5,3% van de verkoopwaarde van de woning genomen. Vaak wijkt de fiscus van deze waarde af en nemen zij de OLO-rentevoet voor staatsobligaties plus 1% als percentage. Bij de huidige rentevoeten komt men dan op een percentage lager dan 5,3% uit, en dus op een lagere brutohuurwaarde. Ook hier trekt de fiscus zelf een forfaitair kostenpercentage van 40% af. Zelf mag u de brutohuurwaarde van al de belastingen aftrekken die u in het buitenland hebt betaald op dat onroerend inkomen.
UW INVESTERINGSPAND WORDT WEL VERHUURD
De huur moet wel aangegeven worden als u de woning verhuurt. Mocht u de woning maar een aantal maanden per jaar verhuren, dan moet u voor die verhuurperiode de daadwerkelijke huur aangeven. Voor de andere periode geeft u enkel het proportionele deel van de huurwaarde aan. Van het totaal mag u als eigenaar wel zelf de al betaalde onroerendgoedbelastingen aftrekken. De ficus trekt het kostenpercentage van 40% af.
Bron: De Tijd Netto